
OPINIE - In talloze onderzoeken wordt digitalisering als uitdaging genoemd voor bedrijfsprocessen binnen de branche. Toch is die digitalisering al ruim een halve eeuw gaande. De evoluties van een beweging die kennelijk nog lang niet ten einde is. Deel 1.
• Leestijd ca. 3 minuren, volgende week vrijdag deel 2 uit deze mini-serie
Je moet wel enig 'historisch besef' hebben binnen de branche om die 50 jaar te kunnen overzien. De groep mensen met dat stukje historische besef wordt steeds kleiner. De 'jonkies van toen', twintigers en dertigers, zijn inmiddels ruimschoots met pensioen. Voor wie dat perspectief wil bijspijkeren, biedt dit opinie artikel wellicht enige houvast om te begrijpen waar we vandaan zijn gekomen en waar we nu staan. Dit om dan ook 'digitalisering als uitdaging' binnen de huidige bedrijfsprocessen in perspectief te kunnen bezien.
Digitalisering in zetten van teksten

De eerste stapjes rondom het gebruik van 'digitale technologie' stammen uit de tijd van merknamen als Linotype, Berthold, Monotype, Scangraphic en Compugraphic. Het zetten van teksten kent een hele lange historie en gaan zelfs tot bijna 60 jaar terug waarbinnen de eerste stapjes rondom 'digitale zetsystemen' werden gezet'. Digitaal was toen het begrip dat puur stond voor het invoeren van teksten via een toetsenbord met daaraan een beeldscherm voor de invoer van zogenaamde 'zet instructies', zoals lettertype keuze, grootte en talloze (complex gecodeerde) typografische instructies, die vanaf de komst van desk top publishing (DTP) halverwege de jaren '80 met bekende applicaties als Aldus PageMaker of Quark XPress 'gewoon' direct op een opmaakscherm werden ingevoerd en realtime getoond, dus zonder gebruik te hoeven maken van gecodeerde instructies.

Toen al werden verschillende systeemonderdelen via niet gestandaardiseerde koppelingen aan elkaar verbonden, maar lange tijd blijven 8" floppy discs de datadragers om content vanuit zetsystemen te 'transporteren' in de workflow vanaf de invoer tot en met de uiteindelijke uitvoer op 'film'.
Vorig jaar verscheen een artikel over de verschillende Berthold werplekken op attentionspan.nl. Een tweede artikel liet de verdere stappen zien in de digitalisering van hun productiemogelijkheden.
Digitale beeldverwerking
De branche kenmerkte zich door 'gescheiden disciplines' op het gebied van tekst- en beeldverwerking, er was sprake van een bedrijfstak met typografische bedrijven en lithografische bedrijven die qua technologie niets met elkaar gemeen hadden. De tekst films vanuit de typografie werden aangeleverd als 'bronmateriaal' voor verdere handmatige verwerking van beeldmateriaal om samen gebracht te worden tot (full-color) pagina's met tekst en beeld. Voor full color druk werden vier films gebruikt voor de basiskleuren cyaan, magenta, geel en zwart. Nog steeds de basis van zowel analoge- als digitale druk- en printprocessen.
In april 2014 schreef ik een artikel over de ontwikkelingen op het gebied van digitale beeldverwerking van Hell uit Kiel (Noord-Duitsland). In 2014 was het maar liefst 35 jaar geleden dat Dr. -Ing. Rudolf Hell GmbH het zogenaamde Chromacom digitale beeldverwerkingssysteem had ontwikkeld. Uit die tijd zijn nog maar weinig beelden beschikbaar van de toen ontwikkelde apparatuur. Een complete installatie met een enkele werplek liep omgerekend al gauw op tot ca. 1,5 miljoen euro. Naast Hell waren er nog een paar spelers op die markt: Crosfield, Scitex en Dainippon Screen. Elk met hun eigen dataformats voor voor de opslag van CMYK kleurenbeeldverwerking en dus niet uitwisselbaar.
Standaarden gingen langzaam maar zeker ontstaan toen halverwege de jaren '80 de dtp revolutie, aangevoerd door Apple, Adobe, Aldus, Quark, Canon en Linotype, het besef voor meer transparantie in de digitale (gelijktijdige) verwerking van tekst en beeld ging ontstaan. Het zou nog decennia duren voordat zovele processtapjes met elkaar gekoppeld zouden kunnen worden. In 2019 sprak ik met Henk Gianotten, hij was vele jaren een ambassadeur op het gebied van standaarden.




High-end ging verdwijnen
Veel sneller dan gedacht verdween de high-end technologie, die pas om en nabij het begin van de jaren '80 de markt bereikte. Het duurde slechts 5 jaar, toen dtp in hoog tempo prepress (dus de combinatie van typografie en lithografie) ging aanbieden in Apple Macintoshes. Vergis je niet hoor, toen kostte een volledige Macintosh (bijvoorbeeld het model Quadra, volgestopt met intern geheugen en de grootst mogelijke hard disc) en een beeldscherm al snel (omgerekend) zo een 20.000 euro. Nog altijd een fractie van de kosten van één high-end werkplek.
Het duurde nog wel flink wat tijd voordat de grafische branche de dtp ontwikkelingen omarmde. In met name de typografische wereld werd (vak zelf met hoongelach) de dtp ontwikkeling afgedaan als dt(prut), verwijzend naar de gebrekkige typografische (on)mogelijkheden. De term 'good-enough' deed zij intrede. De kwaliteitsnormen werden niet meer door interne specialisten bepaald, maar door de opdrachtgever. Die zag tevens mogelijkheden tot lagere inkoopkosten omdat zij ook wel zagen dat de productiekosten in hoog tempo daalden, omdank de toen nog torenhoge salarissen van de high-end operators destijds.
In deel 2: opslag, gekoppelde werplekken met in- en output, bottlenecks
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.