KVGO stuurt ‘pijngrens brief’ namens leden naar EZ

BRANCHE - EZ minister Micky Adriaansens kreeg deze week een brief op haar bureau namens KVGO voorzitter Dick Naafs en KVGO directeur Brecht Grieten. Ze roepen de minister op om zelf eens binnen de branche poolshoogte te komen nemen rondom de enorme hoge energiekosten die door bedrijven worden betaald, maar volstrekt onvoldoende worden gecompenseerd.

• Leestijd ca. 2 minuten

Alles draait om de zogenaamde TEK regeling, die is opgezet om bedrijven te compenseren voor de hoog opgelopen energiekosten. Volgens het KVGO is deze regeling in meerderheid niet van toepassing voor haar leden. Daarnaast hebben veel bedrijven last van buitenlandse spelers waar landelijke regeringen andere (lees vaak beter toepasbare) maatregelen hebben genomen om de energiekosten te compenseren.

Brief en bijlage

Het KVGO zegt op haar website dat met bovenstaande situatie een oneerlijk speelveld is ontstaan en dat veel van de bedrijven nu al omzet verliezen aan bedrijven die vanuit het buitenland hun productie goedkoper kunnen aanbieden. In de brief roept het KVGO de minister op vooral eens zelf te komen kijken binnen een paar voorbeeldbedrijven binnen de branche om de situatie met eigen ogen te aanschouwen.

In de afgelopen maanden werden in de media vooral groepen bedrijven genoemd vanuit het retail segment, zoals bakkers en sauna's. Inmiddels bestaat de indruk dat de overheid te gemakkelijk voorbij gaat aan bedrijven die zich in talloze industriële segmenten bevinden, die ook als energie intensief bestempeld kunnen worden. De TEK regeling is daarom 'te universeel' en vaak dus niet toepasbaar.

In de bijlage wordt dieper ingegaan op de gestegen kosten die ten opzichte van het gemiddelde in januari 2019 tot december 202, nu in 2022 (januari tot september) zijn verviervoudigd. Naast de gestegen energiekosten heeft de branche ook te maken met een fors hogere inkoop, omdat veel van de ingekochte basismaterialen ook duurder zijn geworden ten gevolge van de hogere productiekosten bij de toeleveranciers. Dit kan oplopen tot ca. 33% hogere inkoopkosten.

Het KVGO benadrukt dat veel bedrijven niet of moeilijk in staat zijn deze hogere kosten (of delen daarvan) door te berekenen in hun producten. Dat geldt met name voor de kleinere bedrijven waarbij opdrachten per stuk qua prijs moeten worden besproken. In veel mindere mate is dit het geval bij de grotere online spelers, die hun prijzen 'gewoon' al dan niet gedifferentieerd in de webshops (kunnen) aanpassen.

Bron: KVGO