
OPINIE - Volgens CTech, een technologienieuwssite van Calcalist, het toonaangevende financiële dagblad van Israël, tonen acht bekende spelers in het (high-end) printsegment interesse in het noodlijdende Landa Digital Printing. HP zou daarbij vooraan in de rij staan.
• Longread, leestijd ca. 7 minuten
• Lees ook het artikel op CTech
• #UPDATE: 'bescherming' Landa uitgebreid tot eind augustus, schuldeisers in de wacht

CTech schrijft dat naast HP ook Canon, Agfa, Fujifilm, Epson, Xerox, Brother en Koenig & Bauer tot de 'potentieel geïnteresseerden'. zouden behoren.
Xerox is daarbij vooral opmerkelijk, omdat zij zich recent toch duidelijk hadden teruggetrokken uit het high-end segment.
Canon, Agfa, Fujifilm en Koenig & Bauer zouden (min of meer) logische kandidaten genoemd kunnen worden. Epson en Brother liggen wellicht wat minder voor de hand. Ook opvallend is dat Komori - die het basisframe en delen van de mechanica levert voor de Landa machines - niet wordt genoemd.
Het is opmerkelijk dat na zo een korte tijd van 'uitstel van betaling' nu al bekend is wie mogelijke potentiële kopers zouden kunnen zijn. Doorgaans vinden dat soort processen achter gesloten deuren plaats.

Xerox opvallend als potentiële koper, terwijl Landa partner Komori niet wordt genoemd.
Een entree in de B1 inkjet vellenmarkt zou voor sommige gegadigden een logische toevoeging kunnen zijn binnen hun portfolio. Anderzijds is de grootte van de potentiële wereldwijde markt beperkt tot de echt grotere online print-service-providers. Met zo een 50 installaties wereldwijd tot nu toe na zovele jaren van ontwikkeling is het de vraag of ook de potentiële kopers deze technologie rendabel kunnen gaan verkopen. De verkoopprijs van de Landa S11(P) configuratie beweegt zich tussen de 3 en 4 miljoen dollar, exclusief een nog tonnen kostende installatie volgens de bewoordingen van CTech.

Volgens ingewijden zouden de potentiële kopers onderhandelen over spotprijzen.
CTech spreekt letterlijk van 'Landa collapsed', hetgeen vertaald mag worden in 'failliet gegaan'. Dat lijkt nog wat voorbarig, maar kennelijk weerhoudt het CTech niet om de situatie rondom Landa met die bewoordingen te publiceren.
Moederbedrijf Calcalist (waaronder CTech valt) meldt dat HP (als enige) inmiddels toegang heeft tot alle beschikbare data van Landa. Dat zou niet gelden voor de andere genoemde 'informeel geïnteresseerden'.
De Japanse investeringsbank Nomura zou toezicht houden op het verkoopproces
HP kocht in 2002 Indigo van Benny Landa
In 2002 ging Indigo over naar HP voor een bedrag van 850 miljoen dollar. Die verkoop financierde Benny Landa's volgende ondernemingen, maar deze weg eindigde volgens CTech met de ondergang van vier bedrijven die hij had opgericht of waarin hij had geïnvesteerd, waarvan Landa Digital Printing de grootste was. Calcalist praat dus al over het 'verleden' van de vier bedrijven van Landa.
HP is dus geen onbekende voor Landa en ontwikkelt en produceert de HP Indigo producten nog steeds in Israël.
CTech: "De geschiedenis herhaalt zich: de ondergang van Landa Digital Printing weerspiegelt het ook hobbelige pad van Indigo destijds."
De Duitse journalist, trainer, coach en spreker Andreas Weber zei in een reactie op een post van Eddy Hagen (de Vlaamse printmedia specialist) op LinkedIn: "Xerox heeft in een veel kortere periode ongeveer 1 miljard dollar uitgegeven om het iGen-patform destijds te lanceren. En HP heeft 1,4 miljard dollar uitgegeven om zijn roll-to-roll inkjettechnologie te ontwikkelen en op de markt te brengen. Beide bedrijven waren in staat om relatief snel ongelooflijke omzetten en winsten te genereren. De vraag is: waarom is Benny Landa tot nu toe niet succesvol geweest?"
Opsomming van het financiële plaatje door CTech
In de loop der jaren heeft het bedrijf 1,3 miljard dollar opgehaald, allemaal van buitenlandse investeerders en Landa zelf. Tot de grootste financiers behoren particuliere internationale entiteiten die ook bedrijfsschulden hebben, wat betekent dat ze zowel in aandelen als in leningen hebben geïnvesteerd.
Hiertoe behoren de Duitse miljardair Susanne Klatten via de chemiegroep Altana en het digitale drukbedrijf SKion dat zij bezit, evenals de investeringsmaatschappij Winder van de Zweedse familie Rausing.
Landa is de grootste aandeelhouder van het bedrijf, met een belang van 36,7%. Altana heeft 28,9%, SKion 16,4%, Winder 10%, Landa Labs (de holdingmaatschappij van Landa) 4,6% en de werknemers van het bedrijf 3,1%. Landa investeerde persoonlijk 220 miljoen dollar toen het bedrijf werd opgericht.
Aandelenbezit zegt echter weinig wanneer het bedrijf een enorme schuld van ongeveer 515 miljoen dollar heeft, waarvan 430 miljoen dollar aan zijn aandeelhouders. Zij investeerden 971 miljoen dollar in aandelen en verstrekten ook 353 miljoen dollar aan rentedragende leningen die kunnen worden omgezet in aandelen als het bedrijf overleeft.
De resterende schuld is verschuldigd aan leveranciers, werknemers en Mizrahi Tefahot Bank. Het geld werd gebruikt voor de ontwikkeling van de machines, de bouw van productie- en assemblagelijnen (de onderdelen komen van leveranciers, maar worden in eigen beheer geassembleerd) en het opzetten van een internationaal verkoopnetwerk.
Nooit winstgevend geweest

Landa Digital Printing is nooit winstgevend geweest en heeft volgens CTech zelfs nooit break-even gedraaid. In 2017 begon het bedrijf met de verkoop van alfa- en bètamodellen van zijn machines, maar de echte verkoop begon pas in 2022. Tot nu toe heeft het bedrijf iets meer dan 50 machines verkocht.
Calcalist heeft vernomen dat Landa Digital Printing in 2022 en 2023 een verlies van 312 miljoen dollar heeft geleden. In 2022 boekte het een omzet van 35 miljoen dollar en een verlies van 148 miljoen dollar; in 2023 steeg de omzet tot 47 miljoen dollar, maar het verlies liep op tot 164 miljoen dollar. Het toegenomen verlies was voornamelijk het gevolg van rentebetalingen op leningen van enkele aandeelhouders, die later in aandelen werden omgezet. Het bedrijf heeft (nog) geen gecontroleerde jaarrekening voor 2024 gepubliceerd.
Hoge kosten personeel, teveel mensen
Bronnen die betrokken zijn bij het volgens CTech al failliet gegane bedrijf, beweren dat zowel het personeelsbestand als de salarissen te hoog waren. In 2022 bedroegen de personeelskosten van het bedrijf in totaal 22,1 miljoen dollar; in 2023 was dat 16,6 miljoen dollar. Dat is een hoge uitgave voor de 500 werknemers die het bedrijf tot voor kort in dienst had.
'Het herstructureringsplan voorziet in een inkrimping van de personeelsbezetting met de helft' schrijft CTech, maar diverse andere media meldden dat er sprake zou zijn van 20% reductie - 100 medewerkers - op het totaal bestand van 500.
Niet verkoopbare voorraad
De ondergang van het bedrijf versnelde nadat het op de Drupa-beurs in Duitsland 50 intentieverklaringen had ontvangen voor de aankoop van machines. Het bestelde onderdelen bij leveranciers, maar verkocht uiteindelijk slechts 11 machines, waardoor het met een voorraad ter waarde van 51 miljoen dollar bleef zitten.
Insiders schatten in dat elke koper slechts enkele tientallen werknemers in dienst zal houden. Naast de loonkosten zeggen ze dat het bedrijf te grote en dure buitenlandse activiteiten heeft opgezet en veel geld heeft uitgegeven aan het registreren van talrijke patenten.
Calcalist heeft vernomen dat investeerders hebben besloten om geen verdere financiering te verstrekken nadat ze vorige maand nog een laatste bedrag van 13,2 miljoen dollar hadden geïnjecteerd. Dit gebeurde nadat uit een evaluatie door aandeelhouders bleek dat het bedrijf pas in 2030 break-even zou draaien en daarvoor nog eens 300 miljoen dollar aan kapitaal nodig zou hebben. De activa bedragen momenteel slechts 88 miljoen dollar (*).
100-200 miljoen dollar zou het maximum zijn
Zelfs als het bedrijf wordt verkocht, zal de opbrengst grotendeels worden gebruikt om schulden af te lossen, en dan nog maar gedeeltelijk. Volgens schattingen zullen schuldeisers een afwaardering van 70% tot 90% moeten accepteren. Bronnen die dicht bij het proces staan, zeggen dat geen enkele koper meer dan 100 tot 200 miljoen dollar zal betalen, vooral omdat de verkoop onder druk snel verloopt. Ter vergelijking: Lusix, het bedrijf van Landa dat in het laboratorium gekweekte diamanten produceert, werd onlangs in een soortgelijke 'uitverkoop' verkocht voor slechts 1,2 miljoen dollar.
Technologie niet meer uniek door evolutie van inkjet
De basis van de 'Nanographic Printing technologie' werd in 2012 gelegd, in een periode dat inkjet kwalitatief nog lang niet het niveau behaald van toenmalige alternatieve technologieën in offset of zelfs toner.
Anno 2025 is die situatie wel veranderd. Inkjet heeft een enorme inhaalslag gemaakt en kan nu worden gezien als volwaardig alternatief, zowel in plaats van bestaande technieken, maar ook binnen hybride omgevingen samen met offset en/of toner. Alles met een portfolio, die passend is binnen het opdrachten pakket.
De nieuwe S11(P) met een snelheid van ca. 11.000 vel per uur op B1 formaat biedt ten opzichte van offset het grote voordeel dat door het ontbreken van de noodzaak tot platen, instel- en omsteltijden nagenoeg nul zijn. Dat staat nog los van de potentie van diverse on-the-fly data gestuurde applicaties.
In die zin is Landa op kwalitatief niveau veel minder onderscheidend geworden ten opzichte van de niveaus in 2012. De eerste Landa in ons land kwam terecht van Simian. Wouter Haan zei destijds: "De kwaliteit moet voor ons 'gewoon' op offset niveau goed genoeg zijn voor de toepassingen van onze klanten." Marco Aarnink (de huidige eigenaar van Simian) zegt: "Alles draait gewoon prima, er zijn geen problemen in de toelevering van consumables, de machine past prima binnen onze portfolio. Ik heb er alle vertrouwen in dat we er na een eventuele overname verder weinig van zullen merken."
Installed base

Het vinden van een koper is cruciaal voor de 50 bestaande klanten van het bedrijf. Zij zijn afhankelijk van onderhoud en inktvoorraden voor hun printers, en elke onderbreking kan hen veel geld kosten. Maandag heeft de rechtbank het bedrijf 14 dagen bescherming verleend om de procedure te bevriezen. Landa Digital Printing wordt nu geleid door Orbotech-veteranen Asher Levy (voorzitter) en de altijd in de schaduw van Benny Landa staande Gil Oron (CEO).
Benny Landa is vooral bekend geworden om zijn aansprekende marketing. Dat kreeg hij met de lancering van de Indigo in 1993 al voor elkaar (het bedrijf werd al in 1977 opgericht). Met Landa deed hij hetzelfde, een unieke show die wereldwijde belangstelling trok. Landa heeft hoe dan ook een enorme bijdrage geleverd aan de (r)evolutie van digitaal in een wereld die gedomineerd werd door analoog, verbonden aan traditioneel vakmanschap.
(*) Deze informatie heeft de redactie niet bevestigd kunnen krijgen
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.