
BRANCHE - De Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) is een grootschalige jaarlijkse enquête die de veranderingen in het werk en de werkomstandigheden van werknemers in Nederland volgt en de gevolgen ervan voor hun gezondheid en duurzame inzetbaarheid. Special voor A&O fond Grafimediabranche maakte TNO een 'deeloverzicht' voor de grafimediabranche. De samenvattende conclusies.
• Leestijd ca. 5 minuten
• Download de volledige TNO-NEA factsheet (PDF) voor de gehele Nederlandse markt

Het TNO-NEA onderzoek werd recent opgenomen in het rapport 'Rapportage werknemers 2025', in opdracht van het A&O fonds Grafimediabranche en uitgevoerd door GOC. TNO-NEA verschafte de inzichten over de jaren 2021-2024 van de geënquêteerden aan werknemerszijde. Aan werkgeverszijde ontbrak voldoende draagvlak qua aantal deelnemers om betrouwbare resultaten op te tekenen.
De NEA respondenten binnen de grafimediabranche zijn als volgt te kenmerken:
- aantal jaren in dienst bij huidige werkgever: 11,4
- leidinggevende functie: 23,%
- functie in jaren: 8,8
- arbeidsduur per week: 33,5
- tot welke leeftijd willen werken: 64,4
Het aantal leidinggevenden is dus binnen de resultaten voor de grafimediabranche behoorlijk ondervertegenwoordigd in het TNO-NEA overzicht voor de branche.


(klik voor vergrote weergave)
Dienstverband en innovaties
Overwerken, avonddiensten en werken in het weekend worden door werknemers het meest genoemd als 'bijkomende' aspecten binnen het dienstverband (zie linker grafiek). Opvallend is dat slechts weinigen 'bijkomende aspecten' meemaken binnen hun dienstverband. Vrijwel alle genoemde aspecten worden door minder dan 10% van de werknemers 'beleefd'. Dat is opvallend binnen een branche waarin juist veel van deze aspecten plaatsvinden. Dat komt wellicht doordat verreweg de meeste respondenten werkzaam zijn in meer uitvoerende beroepen. Dat betekent dus ook dat de betrokkenheid bij veranderingsprocessen kennelijk (te?) gering is.


(klik voor vergrote weergave)
Het is ook wel het vermelden waard dat 'deze innovatieve veranderingen' verhoudingsgewijs meer plaatsvinden bij de grotere online print-service-providers en veel minder bij kleinere- en soms zelfs middelgrote ondernemingen.
Gevaarlijk werk, fysieke belasting, taakeisen/autonomie en werkdruk
66% gaf aan geen 'gevaarlijk werk' te doen. 'Snijden en steken' werd als tweede genoemd (ca. 20%), gevolgd door struikelen en/of uitglijden, bekneld raken en werken met gevaarlijke stoffen (allemaal rond de 10-12%). Botsen, aanrijdingen en verbranden werden in ca. 5% van de gavllen genoemd. Tot slot een aantal verwaarloosbare omstandigheden.
Iets minder dan 50% van de werknemers gaf aan regelmatige fysieke belasting te ervaren, gevolgd door frequent voorkomende herhalende bewegingen. of veel kracht moeten zetten.

Wat betreft de indeling naar de aard van de functie volgens meer algemene wetenschappelijke normen van Robert Karasek zijn de functies voor een belangrijk deel als volgt in te delen:
- 16% Hoge taakeisen - hoge autonomie; uitdagend; ‘active jobs’
- 49% Lage taakeisen - hoge autonomie; weinig spanning; ‘low strain jobs’
- 19% Lage taakeisen - lage autonomie; niet uitdagend; ‘passive jobs’
- 17% Hoge taakeisen - lage autonomie; veel spanning; ‘high strain jobs’
Ten aanzien van werkdruk zijn flinke aandachtspunten gevonden waarmee werknemers zich geconfronteerd zien. Voldoende belangrijke om de grafiek uit het onderzoek integraal te plaatsen.

Sociale veiligheid, arbeidsomstandigheden, gezondheid en ziekteverzuim
De sociale veiligheid werd over het algemeen als goed ervaren, waarbij steun van collega's het beste scoorde, gevolgd door steun van leidinggevenden.
Op het gebied van arbeidsomstandigheden wordt vooral aandacht gevraagd voor het thema werkdruk (27% vraagt om maatregelen, 14% ervaart te weinig maatregelen). Daarop volgende beeldschermwerk, fysiek zwaar werk, geluid, en ongezonde stoffen. In al deze gevallen worden maatregelen gevraagd (ca. 10-15%) maar onvoldoende verstrekt (2-10%). Anderzijds worden de arbeidsomstandigheden in verreweg de meeste gevallen als gunstig omschreven, ofwel maatregelen zijn niet nodig of worden in voldoende mate genomen. Dat mag als positief worden omschreven.
Ook vindt een meerderheid zichzelf (zeer) gezond (75%). Toch ook hier punten van zorg. Bijna 4% voelt zich 'leeg', 35% is al moe bij het opstaan (27%), ervaart gezondheid als 'gaat wel' of '(zeer) slecht' (25%). 20% zegt functioneel of compleet uitgeput te zijn.
17% heeft zich nog nooit ziek gemeld. Ongeveer 33% van de ziektemeldingen wordt veroorzaakt door griep of verkoudheid. Vrijwel alle andere argumenten voor ziekteverzuim liggen onder de 15%.
(Duurzame) inzetbaarheid, arbeidsvoorwaarden en opleidingen/ontwikkeling, loopbaan

Het door het A&O fond Grafimediabranche belangrijke themapunt 'duurzame inzetbaarheid', werd ook binnen het TNO-NEA als aandachtspunt genoemd.

Bijna 90% van de werknemers kan voldoen aan de psychische eisen die in het werk aan hen worden gesteld, en 87% kan voldoen aan de fysieke eisen. Het risico voor de inzetbaarheid zit dus bij 11% tot 13% van de werknemers. Driekwart van de werknemers wil bij de huidige werkgever blijven werken, een kwart dus niet. Bijna 70% van de werknemers verwacht gemakkelijk bij een andere werkgever een baan te kunnen vinden, en bijna de helft verwacht indien nodig bij hun huidige werkgever een andere functie te kunnen krijgen.

Meeste werknemers zijn tevreden over hun contractvorm, de werkzekerheid, interessant werk, pensioenregeling en woon-werkafstand. Meest kritisch is 40% van de werknemers op de OR/PvT en de mogelijkheden om deels thuis te kunnen/mogen werken.
Lees alles over duurzame inzetbaarheid binnen de branche en de mogelijkheden voor het verkrijgen van subsidies.

Op het gebied van opleidingen en/of loopbaanontwikkelingen zegt 45% de inhoud van de functie te hebben kunnen uitbreiden, ca. 18% heeft een opleiding gevolgd, 12% heeft promotie gemaakt en een even groot percentage is doorgestroomd naar een andere functie.
Toch zegt 39% meer kennis nodig te hebben voor het uitvoeren van de dagelijkse werkzaamheden, 35% vindt dat de werkgever te weinig doet om kennis en vaardigheden te stimuleren.
Over het algemeen is men toch tevreden over zowel het werk als de omstandigheden (beiden ongeveer 70%).
Tot slot zegt 48% na te denken om elders te gaan werken, maar bijna 60% zegt over vijf jaar nog best bij haar/zijn huidige werkgever te willen blijven. Bijna 28% heeft pogingen gedaan elders te gaan werken.
Conclusies
Samenvattend mag geconcludeerd worden dat het TNO-NEA onderzoek onder werknemers op vele gebieden nogal wat aandachtspunten vormen voor werkgevers. De veelal in technische beroepen werkzame respondenten hebben voldoende uiting gegeven aan aspecten waaraan de werkgevers 'zaken' zou kunnen veranderen of verbeteren. Een centraal thema binnen 'duurzame inzetbaarheid', waarbij het in deze tijd zeker van belang is om goed gekwalificeerde werknemers aan zich te blijven binden: nu en in de toekomst.


Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.